Wetboek van Strafvordering
Artikel 231
1
Het onderzoek der deskundigen geschiedt in tegenwoordigheid van den rechter-commissaris, indien deze dat noodig oordeelt.
2
De rechter-commissaris kan, indien het belang van het onderzoek zich daartegen niet verzet, bepalen dat de verdachte wien van de opdracht aan deskundigen gedaan, is kennis gegeven, het onderzoek der deskundigen geheel of gedeeltelijk zal kunnen bijwonen. De officier van justitie kan bij het onderzoek tegenwoordig zijn.
3
De officier van justitie en de verdachte hebben, ook indien het onderzoek van de deskundigen buiten hun tegenwoordigheid geschiedt, de bevoegdheid met betrekking tot dat onderzoek aanwijzingen te doen en opmerkingen te maken. Desverlangd wordt aan de deskundigen en aan den verdachte de gelegenheid gegeven om ten overstaan of, voor zover zulks in het belang van het onderzoek noodzakelijk schijnt, door bemiddeling van den rechter-commissaris een onderhoud te hebben. De officier van justitie is bevoegd bij dit onderhoud tegenwoordig te zijn.
4
De rechter-commissaris stelt de deskundigen van de opmerkingen en aanwijzingen, voor zover deze geschied zijn buiten hun tegenwoordigheid, mondeling of schriftelijk in kennis.
Jurisprudentie bij dit artikel
- Hieronder wordt een selectie van de bijbehorende jurisprudentie getoond.
- Geen resultaten gevonden voor de door u opgegeven zoek termen.